Getuigenis Maarten van Gestel
Toen Maarten van Gestel (42) ruim twintig jaar geleden in Amerika was, woonde hij eens een bijbelstudiebijeenkomst bij. Dat was het begin van een totale ommekeer in zijn leven. Uiteindelijk vond hij God. Nu is hij voorganger van de Brug, een moderne kerk in Eindhoven die zich richt op buitenkerkelijken.
Kunt u iets vertellen over uw achtergrond?
“Ik kom uit een Brabants gezin. Ik zal niet zeggen dat mijn ouders niet geloofden. Dat zullen ze zelf tegenspreken, ze zijn gewoon niet kerkelijk. Een paar keer per jaar gingen we naar de Rooms-Katholieke Kerk. Ik heb ook de communie gedaan. Heel veel klasgenoten kregen bij de communie cadeautjes. Ik zei toen al: ‘Ik wil geen cadeautjes.’ Toen al besefte ik dat het daar niet om ging. De eerste keer dat ik communie deed, was belangrijk voor mij. Er is geen moment in mijn leven geweest dat ik niet geloofde dat er een God is. Ik ben wel opgegroeid met een Godsbesef.”
Wie was God toendertijd voor u?
“Misschien kun je beter zeggen: Wát was God toendertijd? Ik zag Hem als iets mystieks buiten mij. Hij was voor mij meer op een afstand. Je hebt de hemel, en daar was God. ‘Wie’ God was, vond ik moeilijk. ’s Avonds, op bed, kon ik wel mijn frustraties aan God uiten. Jezus was voor mij niet meer dan een aardige Man. De verhalen van de Bijbel kende ik. Dat vond ik wel mooie verhalen.”
Toch is God een persoonlijke God voor u geworden. Hoe is dat veranderd?
“Ik ben twee keer naar Amerika gegaan. De eerste keer woonden we een paar jaar in Amerika vanwege het werk van mijn vader. Ik was een jaar of veertien toen een Nederlandse vriend mij daar uitnodigde voor een bijbelstudie. Hij zei dat er ook mooie meiden kwamen, en dus ben ik daar naartoe gegaan. Die bijbelstudie was heel positief. Op m’n 22e ging ik naar Amerika, naar de oostkust, bij New York, voor een stage van mijn studie. Toen ik daar op 1 juli aankwam, was er niemand. Iedereen was op vakantie. Er hingen wel flyers voor een bijbelstudie. Ik had die positieve ervaring van de eerste keer, en dus ben ik er weer heengegaan. Het was een bijbelstudie van een christelijke studentenclub en die werd gegeven in een klaslokaal. Op een gegeven moment was ik bezig in het natuurkundelab en ben ik opgestapt om naar de Bijbelstudie te gaan. Toen zeiden anderen in het lab: ‘Bijbelstudies hebben wij hier ook.’ En dus ging ik later naar een bijeenkomst waarvoor een voorganger van een baptistengemeente was uitgenodigd om te komen spreken. Hij gaf heel basaal uitleg van de Bijbel zoals ik dat nog nooit had gehoord. Hij vertelde en wij konden vragen wat we wilden. En ik had veel vragen. Ik vroeg bijvoorbeeld aan hem waarom er zoveel ellende in de wereld is. Hij wees me toen op de zondeval in Genesis, de oorzaak van de ellende en gebrokenheid in deze wereld. Ik had eindelijk een antwoord op m’n vraag gekregen. De natuurkunde had op dit soort vragen geen antwoord, deze man wél.”
Het was niet zo dat ik het antwoord van de voorganger meteen accepteerde, maar ik hád een antwoord gekregen. Deze dingen zijn niet te bewijzen. Het komt aan op gelóóf. Uiteindelijk ben ik in Amerika tot geloof gekomen en net voordat ik terugging naar Nederland heb ik me ook laten dopen.”
Hoe ging het verder?
“Toen ik terugkwam in Eindhoven ging ik op zoek naar een kerk. Maar hoe vind je een kerk? Je moet maar net weten dat de hervormde kerk bij de ‘h’ van hervormd staat ingedeeld in het telefoonboek, de baptistengemeente bij de ‘b’ en noem maar op. Voor mij was het lastig om een kerk te vinden. Naar mijn idee hadden veel kerken in Eindhoven zich min of meer verstopt. Uiteindelijk ben ik wel naar kerkdiensten toegegaan. Het viel me op dat in veel kerken mensen ‘hun ding’ doen. Niemand spreekt met je. Bij het koffiedrinken na de dienst sta je meestal alleen. Ik heb één keer meegemaakt dat iemand mij in een kerk de hand schudde en zei: ‘Verwacht niet dat mensen je aanspreken … Veel mensen doen dat niet.’ Uiteindelijk kwam ik terecht in een Engelse baptistengemeente. Ik wilde vrienden meenemen naar de kerk en dacht: als zij horen prediken, moeten ze het wel geloven. Wat er wordt verteld is zó logisch. Maar dat was niet zo. Mensen die ik meenam, hadden vaak zoiets van: Leuk voor hen, maar niet voor mij. Het raakte hen niet per se.” Dat motiveerde me later om de kerk de Brug op te zetten: een kerk die toegankelijk wil zijn voor niet-kerkelijke mensen. In hun eigen taal anno 2018.
“Mijn vrouw kende ik al voordat ik op stage ging. Toen ik terugkwam naar Nederland, was ik tot geloof gekomen. Mijn vrouw zag aan mij dat ik was veranderd. Ik brak de relatie met haar, omdat ik niet wilde dat ze christen zou worden voor mij. Ik kon weer teruggaan naar Amerika en heb toen gebeden of God mijn vrouw wilde bekeren. Ik heb zelfs in gebed gezegd: “U heeft een jaar …” Dat gebed is verhoord. Mijn vrouw kwam binnen een jaar tot geloof.”
Hoe wist u dat u gered bent?
Op een gegeven moment vroeg iemand in mijn kerk aan mij: ‘Maarten, ben je gered?’ Ik antwoordde: ‘natuurlijk’, maar toen ik thuiskwam, zat het me niet lekker. Ik heb de foute dingen uit mijn leven aan God beleden en er kwam een moment waarop ik geloofde. Ik voelde heel veel rust, de verzegeling van de Heilige Geest. Ik las de Bijbel en herkende mezelf daarin. Ik wist het, voelde het diep vanbinnen, dat ik ook tot de kudde van de Goede Herder behoorde.”
Wat vond u moeilijk toe u net tot geloof was gekomen?
“Wat is Gods wil? Ik vond het onder meer moeilijk hoe ik om moest gaan met seksualiteit. Vroeger vond ik het vanzelfsprekend dat je als man en vrouw met elkaar naar bed gaat, als je elkaar leuk vindt. Uiteindelijk moet God je van Zijn wil overtuigen. Op een gegeven moment zag ik een trouwfoto van vrienden. Ik keek naar die trouwfoto en werd geraakt in m’n hart. Ik wist dat zij gewacht hadden met seks tot het huwelijk. Toen wist ik dat het goed is om te wachten tot het huwelijk. En toen zag ik het ook staan, overal in de Bijbel van kaft tot kaft.”
Wat wilt u mensen meegeven die op zoek zijn naar God?
“Rust niet voordat je God gevonden hebt. Waar leef je uiteindelijk voor? Als je alleen maar van feestje naar feestje gaat, wat doe je dan als het ineens slecht gaat in je leven? Als je op zoek bent naar God, heb je een vuurtje in je. Rust niet voordat je Hem gevonden hebt! Er staan allerlei moeilijkheden in de Bijbel, waar je veel over kunt discussiëren. Misschien snap je veel niet. Maar uiteindelijk gaat het erom wie Jezus is. Dat is de essentie. Rust niet voordat je weet wie Jezus is!”